Plotseling waren zij daar,
vogels uit de tuin der lusten
middenin de vijver van het stadspark
bij de fontein die winters zweeg
over de vergeten graal
verlaten door elders bedelende vogels
die zich het voorjaar herinneren
als hoogvliegers om het water.
Ach hoe mooi zal alles zijn
wanneer de zangers zich weer laten horen
aan de marskramer onderweg.
Twee paradijzen kondigen zich aan.
Langs de rivieren vindt men al sporen
van wat er komen gaat.
Marinus te Velde