Huygensjaar 2013

In de Grote Kerk van Den Haag is deze zomer een tentoonstelling over Constantijn Huygens (1596-1687) en zijn zonen Christiaen en Constantijn. De Oranjezaal van Huis ten Bosch, die voor deze gelegenheid in de kerk als replica op schaal met reproducties van de schilderingen nagebouwd werd, vormt het centrum van de presentatie. Huygens en Jacob van Campen kozen in 1648 de verhalen ter verheerlijking van  de overleden stadhouder Frederik Hendrik van wie Huygens secretaris was. Zo stonden zij prinses Amalia van Solms bij, de vrouw van de overledene, met de inrichting van deze rouwzaal. Schilders uit de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden gingen aan het werk.

                                                Huis ten Bosch 

Huygens’ zonen worden in aparte delen van de tentoonstelling centraal gesteld. Christiaen, de natuurkundige, verbaasde zijn tijdgenoten vooral door zijn lichttheorie en zijn inzichten bij de ring van Saturnus. Hij verbleef lange tijd in Parijs (Academie van Wetenschappen) op uitnodiging van Lodewijk XIV, die eerder door Christiaens toverlantaarn – een jeugdontwerp – verwonderd geraakt was. In Engeland ontmoette Christiaen als lid van de Royal Society de beroemde Isaac Newton. Constantijn junior ging als secretaris met stadhouder Willem III, die in 1688 koning van Engeland was geworden, mee naar Engeland, Schotland en Ierland.

Vader Huygens ontwierp eerder in de eeuw voor zijn gezin een stadspaleis (1637, in 1870 gesloopt) aan het Plein in Den Haag. Zijn vrouw Susanna van Baerle (“Sterre”) overleed kort voor de voltooiing. In Voorburg liet hij het buitenverblijf Hofwijck bouwen (1642), dat hij tien jaar later sierde met een groots gedicht.  Vitruvius, Romeins architect, was voor zijn ontwerpen het kompas. Als diplomaat, homo universalis, dichter en componist heeft Huygens ons veel moois nagelaten. Zijn kinderen heeft hij een klassieke, brede opvoeding gegeven. De Franse filosoof en wiskundige Descartes, die enige tijd in de Republiek verbleef, werd huisvriend van de familie. Vooral Christiaen bestudeerde diens geschriften.

De dichter Constantijn Huygens zocht de verheffing van het zichtbare door daaraan de weerspiegeling toe te voegen van christelijke en klassieke waarden in een scherpzinnig woordenspel. Constanter werd zijn lijfspreuk. 

De tentoonstelling is grotendeels opgebouwd met originele schilderijen (vaak portretten), historische drukken (uit de Koninklijke Bibliotheek), voorwerpen (o.a. de oude telescoop), korte films en ruime digitale mogelijkheden. Het Europese netwerk van de familie Huygens is bijv. na te gaan. De graven van vader en zoon (Christiaen) Huygens zijn in de kerk met hun portretten gesierd.

De komende maanden is deze uitstekende tentoonstelling nog te zien. Ook in andere Haagse musea en elders zijn er exposities over de dichter Constantijn Huygens. Zie www.huygensjaar2013.nl.

                 Somer op ‘t Voorhout

                 Siet, den Hemel is aen ‘t branden,

                 En sijn Lichter op het hooghst;

                 Spouwt de Land-man in de handen,

                ‘t Is op hope van den Ooghst.

(uit: Constantijn Huygens – Batave Tempe, ‘t Voorhout van ‘s Gravenhage, 1621)

 

Marinus

Over Marinus te Velde

Meestal laat ik mij inspireren door lange wandelingen, reizen en jeugdherinneringen. Daar probeer ik dan een bijzonder levensgevoel aan te geven.
Dit bericht werd geplaatst in Algemeen, gedichten, Poëzie en getagged met , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s