Een middeleeuwse brug boogt
naar olijven en indigo verten.
Boven de dorpse klaagmuur
zweeft ongezien een vogel.
Bepoorte stegen gaan traag
voor wie hier wandelt of lasten torst
door een ontsloten labyrint
naar een gedichte tijd.
Smalle stenen trappen leiden
naar donkere huizen de dag verlatend
voor de avond is gevallen,
als een vogel de wolkenpoort opent
boven tuinen van agaat
die rusten aan zee onder de sterren.
Marinus
april ‘03 (Ligurië)/december ’12 (Kempen)