Een filmbeeld: bevroren wasgoed,
dode landschappen van afwezigheid,
die men niet anders tot leven wekken kan
dan in een somber hiervoormaals.
Nu ontdooien vormen tot reeksen
van eigen makelij in zachter licht gezien.
De stofjas van de glazenmaker draagt
spiegels van een andere tijd.
Vergeten wasdagen, vergeten vrouwen,
schurend ritme op het wasbord
aan de achterzijde van lange, hoge straten.
Wind waait, mist trekt op, het dooit,
stedelijke weemoed beweegt
naar allen die hier waren.
Marinus