Deze boom bewaart op zijn stammen
klimmende kinderen die mettertijd
als stille wandelaars weerkeerden
naar de dagen van hun nu verdwenen school.
IJsvogeltjes waren het
wonend aan de dorpsbeek
zonder weet van later
en woorden van voorbij.
In herfstlicht ziet hij ze terug
in dit hoog oprijzend hout
waar voorjaarswind toen zweefde.
Hij hoort hun scherpe roepen, terwijl
ze behendig gingen van tak tot tak.
Nog altijd hun metgezel.
Marinus