Hertaling van Constantijn Huygens’ Amsteldam (1624)
* De stad spreekt
Daagse verwondering past bij mijn wonderen niet;
De vreemdeling hoort te bezwijmen die mij ziet.
Zwijm, vreemdeling, en vraag, Hoe komen al de machten
Van al wat prachtig is besloten in uw grachten?
Hoe komt gij, ‘t gouden veen, aan ‘s hemels overdaad?
Pakhuis van oost en west, al het water aan de straat,
Tweemaal Venetië, waar eindigen uw wallen?
Zeg meer, zeg, vreemdeling. Zegt liever niets, gij allen:
Roem Rome, prijs Parijs, kraai Cairo’s bloem ontloken;
Wie bezwijmend van mij zwijgt, heeft toch het best gesproken.
Hertaling door Marinus